
Crosstriathlon in een prachtig decor in de Dolomieten: Het XTERRA World Championship
25/10/2024Praktische toepassing van de Athlete monitoring cycle

Als atleet kun je gebruik maken van een trainingsschema met voorgeprogrammeerde trainingen. Hopelijk zijn deze trainingen goed op jou afgestemd. Toch, hoe op maat gemaakt dan ook, kan dat afwijken van wat jij op die training eigenlijk aankon. Daarom is het waardevol om na iedere training (samen met je trainer) de ‘athlete monitoring cycle’ te doorlopen. Iedere keer? Ja eigenlijk wel, al kan dat na een beetje oefening en de juiste instructie van de training ook vrij snel gaan!
In praktische zin: hoe kun je dit als atleet eenvoudig gebruiken?
Jouw trainer/coach heeft een trainingsplan opgesteld. Dat is gebeurd op basis van doelen, beginsituatie en de trainingsmogelijkheden in de komende periode. In de periode die volgt, tijdens het uitvoeren van het plan, kunnen er allerlei zaken invloed gaan hebben op jouw training. Dan kun je denken aan ziekte, goed/slecht slapen, goed/slecht eten, psychosociale druk/rust, stress of ontspanning op werk en ga zo maar door. Al deze elementen hebben effect op hoe je een trainingsprikkel ervaart en hoe je er van herstelt. Daarom is het belangrijk om gedurende een trainingsperiode telkens te reflecteren op een training en vooruit te blikken. Heel kort door de bocht zou je jezelf de volgende 2 vragen kunnen stellen:
- Is het trainingsdoel met de voorgeschreven trainingsinhoud bereikt?
- En hoe heeft dit invloed op de volgende training?
Athlete monitoring cycle verder toegelicht
Welke stappen kent de ‘athlete monitoring cycle’? Vrij vertaald naar hoe wij het gebruiken rondom trainingen:
- De trainingsprikkel. Het uitvoeren van de training zoals die bedoeld is (of met vooraf/tijdens aanpassingen).
- Interne ervaring. Reflecteren op hoe jij de training hebt ervaren.
- Vaststelling van belasting/belastbaarheid. Concluderen of je de juiste training hebt uitgevoerd en hoe dat gevolgen heeft voor de volgende training.
- Klaar voor de volgende trainingsprikkel. Bepalen in hoeverre je fysiek/mentaal klaar bent voor de volgende training of daar aanpassingen op doen.
Na stap 1 (het uitvoeren van de training) zijn er 3 belangrijke stappen om te bepalen of het trainingsplan nog steeds de juiste koers vaart. Het monitoren van de training en data bekijken achteraf is dan ook waardevol. Kon je de wattages halen? Passend bij je hartslag? Voelde de snelheid net zo makkelijk als dat het bedoeld was? Dit zijn slechts een aantal vragen die je jezelf kunt stellen. Op basis daarvan kan het trainingsschema toch aangepast worden om de belasting te verhogen of verlagen. Dit betekent dat je continu scherp blijft op de verhouding belasting/belastbaarheid. Op die manier kan er optimaal getraind worden met weinig risico’s op blessures.
In het volgende artikel wordt het nog meer en wetenschappelijker toegelicht: https://bjsm.bmj.com/content/51/20/1451
Andere parameters
Buiten de training om kun je ook op diverse manieren gebruik maken van monitoringsmiddelen. Zo is de HRV (heart rate variability) een vaak gebruikte tool, maar tegenwoordig zijn er ook ringen en horloges die continu informatie verzamelen om iets te kunnen zeggen over jouw ‘readiness’ (klaar om te trainen). Ook Trainingpeaks geeft daar inzicht in met de TSB in de performance chart. Dat geeft aan hoe fris je bent en dus klaar om te trainen. De HRV, slaapkwaliteit, rusthartslag en nog vele andere parameters kunnen daar ook aan bijdragen. De belangrijkste en simpelste vraag is voorafgaand aan de training: heb ik zin om te trainen? Dat kan een verzamelantwoord zijn van alle parameters. Ik wil hiermee ‘kan’ benadrukken: dat wil niet altijd ook zo zijn, dus gebruik ook ondersteunend materiaal en reflecteer (kort) op iedere training om vooruit te blikken op de volgende.
Periodisering
De cyclus kun je na iedere training doorlopen, maar ook iedere week/periode kun je dit overstijgend gebruiken. Dan krijg je inzicht of je niet week na week onder- of overbelast wordt en hoe de belasting per trainingsperiode is. Dan wordt vaak van een microcyclus (week tot 10 dagen) en mesocyclus (een aantal weken) gesproken. Door die analyse (met je trainer) te doen, krijg je zicht op het optimaal in balans houden van het belasting-belastbaarheidsmodel.
Conclusie
Het kritisch reflecteren op de training is net zo belangrijk als het uitvoeren van de training. Ook geldt dit na een trainingsweek en -periode. Op basis van een kritische reflectie kun jij bepalen of je op de juiste weg bent of niet. En welke middelen je daarvoor inzet, dat bepaal jij!